Bladhoudende hagen

Meer privacy met bladhoudende hagen!

Een mooie en goed verzorgde haag rond de tuin geeft niet enkel structuur, maar zorgt vooral voor privacy. Wie het jaar rond goed afgesloten wil zitten, kiest daarom best voor een bladhoudende haag. De min of meer bladhoudende beukenhaag (Fagus sylvatica) is al besproken in een andere tuintip. In deze tuintip lees je alles over echt groenblijvende hagen, met hun voor- en nadelen.

Taxus

Taxus baccata (venijnboom) is al decennia lang een erg populaire haagplant, en met reden. Dit is een van de sterkste en beste haagconiferen die je kan planten. Taxus is geen snelle groeier, en is net daardoor erg onderhoudsvriendelijk en quasi onverslijtbaar. Eén erg belangrijke voorwaarde voor het welslagen van een taxushaag , is dat de grond niet te nat mag zijn: taxus verdraagt absoluut geen natte voeten! Ook op aangevoerde en dichtgeslempte gronden plant je beter geen taxus zonder de juiste voorbereidingen. Wie een zware grond wil verlichten, mengt best wat perliet bij de grond. Deze erg luchtige bodemverbeteraar zorgt voor een lichtere grond en bevordert de drainage. De taxusplanten op een licht opgehoogde berm planten kan ook helpen.

taxushaag in combinatie met limelight hortensia's

Liguster

Ligustrum ovalifolium (liguster) is bij de meeste mensen goed bekend. In Klein-Brabant wordt hij ook nog wel eens ‘gagroot’ (gauw groot) genoemd, wat erg veel zegt over zijn groeiwijze. Het is een goedkope haagplant die in enkele jaren tijd voor een mooie grote haag zorgt. Maar elk voordeel heeft zijn nadeel: om de haag mooi te houden moet ze ook minstens 2-3 keer per jaar gesnoeid worden. Bij strengere winters is liguster niet helemaal bladhoudend. Let ook op voor bodemschimmels: door zijn oppervlakkig wortelgestel is liguster hier erg gevoelig aan, vooral op nattere gronden komt dit vaker voor.

Liguster haag

Cotoneaster

Cotoneaster franchettii  (dwergmispel) is net als de liguster half bladhoudend. Hij heeft kleine, viltig behaarde bladeren en is qua groei iets losser. Vooral de rode besjes die er aan het einde van de zomer op komen zijn een meerwaarde.

Cotoneaster franchetti

Laurierhaag

Prunus laurocerasus (laurierkers) is een fors groeiende haagplant. Vroeger werd vooral de variëteit  ‘Rotundifolia’, de zogenaamde ‘paplaurier’ veel aangeplant. Deze sterk groeiende haagplant heeft grote, lichtgroene bladeren, en is ideaal voor grote, zware hagen. De variëteit ‘Caucasica’ is wat smaller en donkerder van blad, en is door zijn opgaande groeiwijze beter geschikt voor een smallere haag.  De variëteit ‘Novita’ heeft dan weer als bijkomend voordeel dat deze minder snel last heeft van meeldauw.

Laurierkers

Prunus lusitanica Angustifolia (Portugese Laurier) is een sterke, bladhoudende haagplant met mooie rode twijgen. Qua uitzicht lijkt hij wat op de echte keukenlaurier, maar hij is veel beter wintervast. Met deze planten verkrijgt u een prachtige smalle, compacte haag. Portugese laurier stelt weinig eisen aan de grond, is goed wintervast en bovendien erg onderhoudsvriendelijk.

Prunus lusitanica Angustifolia of Portugese Laurier

Photinia

Dan is er ook nog de glansmispel, in 2 variëteiten: Photinia fraserii ‘Red Robin’ en 'Carré Rouge'. De jonge bladeren van deze groenblijver zijn knalrood, wat voor prachtige contrasten zorgt in de tuin. Ze bloeien met witte bloemen in het voorjaar. Een strak gesnoeide haag zal meestal niet bloeien, maar geeft na de snoei wel opnieuw rode bladeren. De 'Red Robin' heeft een lossere groei en is daarom geschikt voor grotere hagen. De Carré Rouge daarentegen heeft een vollere, compactere groei en het kleurcontrast is nog groter dan bij de Red Robin. Het blad van de Carré Rouge ziet er meestal ook meer effen en gezonder uit.

Photinia carré rouge

Hulst

Ilex (hulst) is er in een hele resem soorten. De stekelige ‘aquifolium’ soorten zijn bij de meeste mensen goed bekend, maar er zijn ook een heel aantal soorten die niet prikken. De ‘meserveae’ soorten hebben zachtere stekels, en zijn sterke, traaggroeiende haagplanten.  Zowat alle soorten zijn verkrijgbaar in mannelijke en vrouwelijke variant. Deze laatste draagt felrode bessen in het najaar, maar heeft hiervoor wel een mannelijke bestuiver nodig.

Ilex meserveae

Olijfwilg

In een moderne tuin komt Elaeagnus ebbingei (olijfwilg) erg goed tot zijn recht. Door zijn ietwat gespikkelde, grijze bladeren is hij bijvoorbeeld erg mooi in combinatie met een witte muur of steentjes. Na de zomer geeft hij onopvallende witte bloempjes die een heerlijke zoete geur verspreiden.

Eleagnus

Coniferenhaag

Tot enkele jaren geleden waren vooral de snelgroeiende coniferen zoals Chamaecyparis leylandii (leylandcipres) erg populair. Deze groeit erg snel, en zorgt voor een ondoordringbare groene muur. De laatste jaren heeft de leylandii echter erg veel te lijden onder parasieten als coniferenspint en -takluis. Vooral oudere hagen krijgen hierdoor vaak bruine stukken, en wanneer niet tijdig ingegrepen wordt, sterven soms hele stukken van de haag af. Een beter alternatief voor de leylandii is de Thuja (levensboom). Deze groeit een tikje minder snel, maar is vooral beter bestand tegen ziektes en parasieten.

Thuja

Osmanthus: schijnhulst

Als laatste is de Osmanthus burkwoodii zeker een goede keuze voor wie houdt van een haag met geurende bloempjes. Osmanthus is een trage groeier met fijne donkergroene blaadjes die in het voorjaar heerlijk geurende witte bloempjes geeft.

Osmanthus burkwoodii

De meeste van de besproken bladhoudende haagplanten worden in pot gekweekt, en kunnen dus heel het jaar rond aangeplant worden. Wie wil starten met zware, grote planten kan kiezen voor kluitplanten, deze kunnen worden geplant van november tot maart. Zoals bij het aanplanten van zowat alle planten is de voorbereiding het halve werk. Zorg in elk geval voor een goede, humusrijke grond, voeg dus bij voorkeur een goeie dosis planthumus toe. Let erop dat potplanten niet te droog staan, en drenk ze eventueel op voorhand even in een emmer of kuip.

Snoeien van een bladhoudende haag doe je bij voorkeur tijdens de groei, en liefst een eerste keer voor de langste dag (21 juni). Wie wil kan nog een tweede keer bijknippen op het einde van de zomer. Snoei de haag bij voorkeur wat conisch op, onderaan wat breder dan bovenaan. Op die manier krijgen ook de onderste bladeren voldoende licht, en krijg je een mooie, volle haag.

Wil je meer weten over bladverliezende hagen, lees dan deze tuintip over de meest courante bladverliezende hagen. Bezoek zeker ook onze hagentoontuin op ons plantencentrum! We geven je graag persoonlijk advies om de juiste haag te kiezen.

Geschreven door Dries op 04/07/13

Deel deze tuintip.

Meer tuintips thuis ontvangen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.